
Parodontologie is een specialisatie binnen de tandheelkunde die zich richt op het onderzoek en behandeling van het parodontium. Het parodontium is het steunweefsel van de tanden en bestaat uit het tandvlees, het kaakbot en de vezels die de tandwortels in het kaakbot vasthouden.
Wanneer het parodontium door ontsteking wordt aangetast, spreken we van parodontitis. Parodontitis kan een van de oorzaken zijn van slechte ademgeur (halitosis).
Bloedend tandvlees, een slechte mondgeur en loszittende tanden zijn tekenen van tandvleesontsteking (gingivitis) en ontsteking van de steunweefsels rondom de tanden (parodontitis). Het is belangrijk om gingivitis en parodontitis in een zo vroeg mogelijk stadium op te sporen en te behandelen.
De meeste patiënten worden door hun tandarts doorverwezen naar de parodontoloog.
Parodontologie

Eerste
raadpleging
Tijdens een eerste onderzoek wordt een controle van de mondholte uitgevoerd, tandvleesmetingen (of pocketmetingen) geregistreerd en eventueel aanvullende radiologische beelden genomen.
Zo kunnen wij een duidelijk beeld schetsen over de toestand van het gebit en een behandelplan opstellen met een duidelijke kostenraming.
Wij hechten veel belang aan duidelijke communicatie naar de patiënt toe en naar de verwijzende tandarts zowel over de aard van de behandeling als over de kosten hiervan. De ziekteverzekering voorziet slechts een gedeeltelijke terugbetaling van de kosten.

De initiële
parodontale behandeling
het grondig reinigen van de tanden en worteloppervlakken door de tandarts. Hierbij wordt ook veel aandacht besteed aan het optimaliseren van de mondhygiëne.
Na drie maanden wordt de parodontale situatie opnieuw geëvalueerd en in sommige situaties is verdere behandeling noodzakelijk. Regelmatige controles en zo nodig bijsturen zijn cruciaal voor het stabiel houden van de parodontale gezondheid.

Parodontale
chirurgie
Flapoperatie :
soms noodzakelijk als aanvulling op de initiële parodontale behandeling. Tijdens de flapoperatie wordt na verdoving het tandvlees losgemaakt van de tandwortels en het bot. Nu kan eventueel resterende plaque en tandsteen worden verwijderd, alsook het ontstekingsweefsel. Tot slot kan het bot en tandvlees worden gecorrigeerd en gehecht voor een optimale genezing.
Gingivectomie :
Tandvleeshypertrofie is een teveel aan tandvlees wat soms esthetische klachten geeft. Soms wordt de patiënt met hypertrofie ook door de orthodontist naar de parodontoloog gestuurd omdat de “blokjes” overgroeid geraken met tandvlees waardoor de behandeling in het gedrang komt en er niet meer grondig kan worden gepoetst. Een gingivectomie wordt dan uitgevoerd. Er wordt met andere woorden tandvlees weggenomen tot het weer op het “normale” niveau komt te liggen.
Klinische kroonverlenging :
Een patiënt wordt vaak door de tandarts naar de parodontoloog verwezen ter voorbereiding van het plaatsen van kronen en vullingen. Dit is aangewezen wanneer de tandarts de rand van de nieuwe restauratie niet optimaal kan aanpassen aan de rest van de tand omwille van cariës of breuk. Bij het uitvoeren van een klinische kroonverlenging wordt niet alleen het tandvlees ingekort zoals bij een gingivectomie, maar ook een stukje van het bot weggenomen.
Frenectomie :
Een frenulum is een lipbandje in boven- of onderlip. Dit kan soms storend zijn of ervoor zorgen dat er een diasteem (“spleet”) tussen de snijtanden aanwezig blijft. In dat geval kan de tandarts of de orthodontist de patiënt naar de parodontoloog verwijzen om het lipbandje te verwijderen. Dit is een hele korte en pijnloze behandeling.
Recessiebedekking :
Een gingivale recessie is het terugtrekken van het tandvlees en daardoor het bloot komen te liggen van de tandwortels. Indien dit niet gepaard gaat met ontsteking is het soms wenselijk deze recessie opnieuw te bedekken met tandvlees. Dit kan door een stukje tandvlees te nemen uit het verhemelte en te transplanteren naar de plaats van de recessie.